De finale dag, op naar de kathedraal!
De klok geeft 05.30 aan, nog een
beetje vroeg om aan de finale te beginnen.
Onrustig draai ik heen en weer op
het matrasje. De laatste etappe, nummer 12, dan hebben we er 237 km op
zitten. Nog 17 km en dan hebben we voldaan aan de afspraak met de sponsors
om deze afstand in 12 dagen te lopen. Zij hebben geld gedoneerd ten bate van
het KWF, voor verder onderzoek naar kanker. Het is de tweede keer dat we
zo iets hebben gedaan voor het KWF en het is voor ons ook gelijk een drijfveer
om iedere dag de nodige kilometers te maken. Ook deze keer weer een tocht van
uitersten. Van “geen weer” in Portugal naar “tropische temperaturen” in
Sevilla. 39 Graden gaf de thermometer aan en dat 12 dagen lang. Toch
hebben we van alle facetten genoten van de Via de La Plata en deze is
niet vergelijken met welke Camino dan ook. Ik kan mij ook niet voorstellen dat
het er met nog een uurtje of drie lopen al weer opzit.
We gaan eerst eens rustig ontbijten.
Alle ingrediënten hebben we gisteren al ingekocht: brood, chocopasta, jam en thee.
Na het ontbijt is het inpakken van ons onderkomen want we willen vandaag, als het
kan, ook weer terug reizen naar Porto. Dat hebben we zo gepland om nog een paar
dagen te hebben om van deze stad te genieten en ook een beetje uit te rusten
van de afgelopen weken. De druk is eraf om iedere dag toch de kilometers te
maken. Ook naar de sponsors toe voel je een verplichting om het beoogde doel te
halen.
Na het inpakken gaan we richting de
Dom van Salamanca. De klok geeft aan dat het 8.00 uur is en we zijn begonnen
aan de finale. Het lopen door de voorsteden van Salamanca is al een belevenis
op zich. We lopen tussen veel Spanjaarden die op zoek gaan naar de “Tostada con
marmelade” en een “café con latte”. Na ongeveer anderhalf uur zijn we aan de
rand van de stad waar we de rivier oversteken en dan omhoog lopen richting het
historische centrum. Het is nog best een stevige klim en de zon doet ook haar
uiterste best om het leven zo warm mogelijk te maken. Zonder een flinke
zonnehoed met een grote rand hadden wij dit spelletje verloren en waren we vastgebakken
aan het asfalt.
We naderen Plaza Major, een van de mooiste pleinen ter wereld.
We zijn hier voor de derde keer en het is steeds weer fascinerend te zien hoe
rijk deze stad aan cultuur is. Aan het plein is ook het toeristenbureau
gevestigd en daar gaan we onze eerste stempel halen. We zijn ook toe aan koffie
met een kleine snack en dat doen we bij Mc Donalds, dan kunnen we gelijk via
internet het thuisfront berichten dat we aan de slotkilometers begonnen zijn.
Eerst nog een bezoek aan de Universiteitsbibliotheek, een van de mooiste
gebouwen met veel prachtige schelpen aan de façaden.
Dan een bocht naar rechts
en we staan oog in oog met de Dom van Salamanca. Het eerste wat ik krijg is
kippenvel en dat is niet van de kou.
Een beetje emotioneel is het wel;
ik probeer wat te zeggen maar mijn keel zit potdicht. Ineens zijn er de
herinneringen waarvoor we deze Camino lopen. Onwillekeurig gaan mijn gedachten
terug naar familie en kennissen die hebben moeten knokken tegen die vreselijke
ziekte waarbij er net zoveel winnaars zijn als verliezers. Wij zijn blij dat we
een steentje kunnen bijdragen aan onderzoek naar genezing van deze ziekte.
Het is geen opgave om met een paar
rugzakken op met daarin de nodige kilo’s iedere dag een stuk van de Camino te
lopen met een gezond lijf, ook nog gesponsord door familie, vrienden en
bekenden.
En nu staan we hier recht voor dit
imposante gebouw. We gaan naar binnen voor de laatste stempel. De man achter de
balie glimlacht en zegt: “Bon Dia Peregrino’s” en met een harde klap staat de
laatste stempel in de Credencial!
Epiloog
Maanden zijn we met dit project
bezig geweest door trainingskilometers te maken. Onze rugzakken hadden de
respectabele leeftijd van een jaartje of twintig en zijn vervangen door nieuwe.
Het lichtgewicht tentje had vorig jaar in de White Mountain de geest gegeven en
moest worden vervangen.
Maar het ergste waren de schoenen.
Twee maanden voor vertrek ontdek ik dat mijn schoenen een beetje gaan knellen en
het is niet eenvoudig om nieuwe schoenen in te lopen zo kort voor vertrek. Het
schijnt zo te zijn dat je voeten iets meer gaan doorzakken en dat je “op
grotere voet gaat leven” op wat latere leeftijd. Omdat ik nogal vasthoud aan
een bepaald merk (Lowa Tibet) ben ik dagelijks gaan snuffelen op internet en
bellen met Outdoor winkels of ze iets voor mij op voorraad hadden. En ook de
twijfel bleef: moet ik wel of niet nieuwe schoenen kopen? Jaren heb ik op mijn
oude trappers gelopen zonder problemen.
Na drie weken had ik beet. Er waren
er een paar op voorraad en ik kon komen passen. Bij aankomst vertel ik de
verkoper dat ik gebeld heb voor de Lowa’s Tibet. Even later komt hij met de
doos met nieuwe schoenen.
Hij haalt de linker schoen uit de
doos, dat is mijn grootste voet, en ik mag passen. Het voelt inderdaad ruimer; deze
schoen is een halve maat groter dan ik tot nu toe draag.
Als ik de rechterschoen aantrek kan
ik wat in de winkel heen en weer lopen. Dan zie ik dat er nogal wat
kleurverschil is tussen de twee. “Wat heb je er mee uitgespookt”? vraag ik de
verkoper. “Ja, die ene heeft in de etalage gestaan zegt hij en het zonlicht
doet de rest”.
De pasvorm is goed maar het kleurverschil
irriteert mij wel. De verkoper zegt dat hij dat wel kan verhelpen en hij grijpt
een spuitbus uit het vak en gaat de schoenen bewerken met een spray die de
schoenen water afstotend maakt.
Kijk, zegt hij trots. het lijkt al
wat beter. De vochtigheid van de spray maakt de schoen inderdaad wat donkerder.
Ik trek ze aan en zeg nog een halfuurtje door de winkel te banjeren voor ‘het
goede gevoel’. Ik ruik ook gelijk mijn kans. Ik weet dat, als de schoen droog
is, hij weer de kleur heeft van voor het sprayen. De pasvorm is super en voelt
heel goed maar de kleur is zoals voorspeld: een lichte en een donkere schoen. Als
ik vraag of er iets aan de prijs gedaan kan worden kan ik 10 procent korting
krijgen. Daar
ga ik niet mee akkoord en ik vraag of ik de chef zelf even mag spreken. De chef
zegt dat hij niet veel meer kan doen en ik stel voor dat hij dan maar € 11,85
overmaakt naar het KWF. Wij mogen niet sponsoren zegt hij maar gaat wel akkoord
met nog een keer € 11,85 van de prijs af te halen. Hij blij en ik ook.
Thuis heb ik de schoenen in een speciale wax
gezet en het probleem was opgelost. De extra korting die ik heb gekregen heb ik
gelijk in mijn eigen project bij het KWF gestort.
In vier weken heb ik de slofjes zo’n 500 km ingelopen
en ze voelen als pantoffels. De zolen zijn van een andere kwaliteit en de schoenen
dempen ook wat meer dus ben ik dik tevreden dat ik deze stap heb gemaakt.
De laatste dagen voor het vertrek
houd ik het weer heel nauwkeurig in de gaten en zie dat het echt niet goed gaat
in het noorden van Portugal.
Er wordt heel veel regen en storm verwacht
de komende twee weken. We besluiten een dag voor vertrek rigoureus ons plan te
wijzigen. We vliegen op Porto en daar vandaan gaan we met een huurauto naar
Sevilla.
De weersvooruitzichten blijken geen
loze kreten te zijn. We vertrekken uit Eindhoven met een forse vertraging en de
landing in Porto is geen feest. We halen de huurauto en gaan dan naar het hotel
voor de overnachting en morgen naar Sevilla. Veel van de van te voren gemaakte
dag planning kan overboord. In plaats van De Camino Portugues wordt het Via de
La Plata.
Kort na de middag arriveren we in
Sevilla. Het hotelletje heb ik thuis nog snel geregeld dus inchecken en naar de
stad voor de Tapas en een vino Tinto. We kijken gelijk hoe we morgen de stad
kunnen verlaten zonder op een autoweg te hoeven wandelen. Sinds de wereld
tentoonstelling in Sevilla is met alle verkeerssoorten rekening gehouden
behalve met fietsers en wandelaars.
Er is ons veel de vraag gesteld
waarom we een Camino lopen richting Santiago de Compostela. Ik weet het niet. Het
is een gevoel. Het heeft niet speciaal te maken met een spirituele grondslag
maar meer met het ontmoeten van mensen en het genieten van de weg die je loopt.
Het alleen maar bezig zijn met ‘wat eet ik en waar slaap ik vanavond’ geeft na
een paar dagen een totaal ontspannen gevoel. Ook op deze Camino is het
ontmoeten van allerlei nationaliteiten weer fantastisch. Denen, Fransen,
Engelsen, Zweden, Duitsers, Spanjaarden, Nederlanders, Ieren, Italianen,
Zwitsers en Portugezen en ik zal best een paar nationaliteit vergeten, maar
allemaal met hetzelfde doel op pad zijn werkt zeer inspirerend. Het heeft voor ieder
een andere dimensie. De herinneringen aan sommigen ontmoetingen vergeten we
niet licht. Bijvoorbeeld die met Nijl uit Ierland en de Nederlanders die op dag
3 al grote problemen hebben en hun missie zien mislukken! Het eten met de
Denen, Mister wasteil het is teveel om op te noemen en we koesteren dit zeker. Onderweg
in de dorpen en stadjes zeggen de mensen vaak dat zij dit ook wel ‘een keer’ willen
doen maar vaak is het ‘wanneer’? Wij zeggen dan: stel niet uit maar ga!. De
studenten van de Universiteit van Pamplona krijgen studiepunten als ze een keer
de Camino lopen en dat geeft genoeg motivatie om het te doen. Als ik terug kijk
op deze twaalf dagen dan heb ik, ook al was het de derde keer op een Camino, tot
de laatste vezel van mijn lichaam genoten. Ook al was het wel eens zwaar en
heet, we liepen en lopen voor een goed doel! En dat was onze motivatie!!
Dos Peregrino’s Renée & Thomas